De Grent met op de hoek Warenhuis Jan van Kan, Noordwijks Modehuis, v.d. Heijden bonbons en de garage van Jan van Kan. Op de achtergrond het hoge dak van de Ned. Herv. Kerk aan de Hoofdstraat.

In het Noordwijks Modehuis was in de 1936 tevens een toonkamer, “Circe”,  ingericht met werken van de internationaal bekroonde kunstedelsmid  Siem van den Hoonaard. Siem van den Hoonaard kwam van Rotterdam naar Noordwijk en woonde en werkte tot 1938 op de van Panhuysstraat.

Van 22 0ktober 2022 tot 19 maart 2023 was in het museum een expositie ingericht met werken van Siem van den Hoonaard.

 

Wist u dat ook Noordwijk in het verleden een grote bloemen tentoonstelling heeft gehad?
Deze werd gehouden in april 1932 en heette de Flora Tentoonstelling.

De tentoonstelling werd geopend door de toenmalige minister Ruys de Beerenbroeck en minister Karnebeek. Hiernaast hebben ook Koningin Wilhelmina, prinses Juliana en vele andere notabelen deze tentoonstelling bezocht.
Deze tentoonstelling was gelegen op het landgoed Offem en op het terrein werd hiervoor speciaal een paviljoen gebouwd, gepacht door Zomerzorg te Leiden.
Op de foto ziet u een luchtopname van de tentoonstelling met het paviljoen.

Eindelijk mag het weer..

Door de corona ging het twee jaar niet door, maar dit jaar gaat op zaterdag 23 april het Bloemencorso Bollenstreek weer van Noordwijk naar Haarlem. Dit corso kent al een lange geschiedenis, reeds vanaf jaren 20 van de vorige eeuw werd evenement iedere lente in Noordwijk al gehouden.
Op de foto ziet u een versierde postkoets, poserend op de Duinweg om vervolgens deel te nemen aan de optocht.

Deze opname is uit 1937.

Roodkapje, waar ging je hene…..

Op deze opname ziet u “Roodkapje” een karakteristiek huis, bij iedere Noordwijker wel bekend. Helaas ook dit huis is in februari 2022 gesloopt om plaats te maken voor de nieuwbouw “Residence van Oranje” aan de Wilhelmina Boulevard.  
Roodkapje  stond langs het pad vanaf de Quarles van Uffordstraat naar de boulevard. Daar stonden “Roodkapje”, “De Stomp” en “De Spits”. Al deze drie karakteristieke villa’s hebben in de laatste 50 jaar plaats moeten maken voor de grootschalige nieuwbouw aan de boulevard.

Fotograaf en Rijwielhersteller Jacob Braakman

Vóór de bekende Noordwijkse fotografen zoals v Kampen, de Roos en Hoogeveen, was Jacob Braakman actief in Noordwijk als fotograaf.
Braakman heeft menig Noordwijker in zijn atelier “voor de eeuwigheid” vastgelegd. Ook heeft hij menig straatbeeld in Noordwijk gefotografeerd.

Dat Braakman niet bang was uitgevallen blijkt uit foto’s die hij in 1903 maakte van de restauratie van het dak van de grote Jeroenskerk.
Braakman was naast fotograaf ook rijwiel hersteller, omdat kennelijk de fotografie niet voldoende opbracht om van te leven.

Op de foto ziet u de woning/atelier/werkplaats van Braakman in 1893. Dit pand was gelegen aan het begin van de Schiestraat bij de kruising met de Gooweg.

Jacob Braakman is overleden in 1932, zonder ook maar iets achter te laten; zelfs zijn glasplaten met al zijn werk, zijn helaas verloren gegaan.

Schoolstraat/Hoofdstraat ca. 1965

Een mooi plaatje bij aankomst op Noordwijk aan Zee, de samenkomst van  Huis ter Duinstraat, Hoofdstraat, Schoolstraat en Nieuwe Zeeweg.
Rechts op de voorgrond de Hoofdstraat en de Schoolstraat met op de voorgrond nog een stukje duin waarop later de Bondsspaarbank is gebouwd, weer gesloopt en vervolgens vervangen door een rijtje villa’s.
Rechts de toegang naar de Schoolstraat met de afslag naar de Piet Heinstraat en de woning en bakkerij van de familie De Witt.
Op de splitsing het huis van meester van Bommel met voor de haag twee wegbewijzeringborden. Daar achter het schoolgebouw van de Chr. MULO.
Op deze punt is nu het “Trefpunt” gelegen. Links naast het schoolgebouw de kapsalon en fotozaak J. vd Steen bij het begin van de Hoofdstraat.
Links op de foto “De Punt”, een ontwerp van architect J. Jesse. Vroeger was dit een drogisterij, daarna koffie en ijssalon van de fam. Koelewijn.
Thans is het een Café.

De Hoofdstraat ca. 1920

Rechts op deze foto de Chr. Bewaarschool, later noemde men dit een Kleuterschool.
De hoofdleidster was juffrouw Noordteinde, waar menig oudere Noordwijker nog wel eens aan terugdenken zal (ten goed of ten kwade?)

Daarnaast waren woningen van de fam. Verloop en hier links van de Bakkerij van Jaap v Exter. met hier aan grenzend het Exterslop.

Daarna kwam de slagerij van den Berg. Al deze panden zijn verbouwd tot diverse winkels.
Op de foto is tevens de aanplant van toen nog jonge bomen te zien die vroeger de hoofdstraat een mooi aanzicht gaven.

Geheel links is nog een mooie (gas) lantaarn te zien.

Wilhelminastraat ca 1910

Links op deze foto de slagerij van de Fam. Leenheer, met de hondenkar van de groenteboer J. Zuiderduin.
Rechts op de achtergrond is nog net zichtbaar de molen “De Eendracht”, op de hoek van de Wilhelminastraat en de Molenstraat.

Rechts lag een watergang, deze was op dat moment al overkluisd en was een verbinding tussen het Schie en de Weteringkade.

De Wilhelminastraat was vroeger de toegangsweg van Noordwijk Binnen naar Noordwijk aan Zee. Hierdoor was het ook een erg drukke straat, helemaal toen ook nog de lijnbussen van de NZH door deze straat gingen.
In het midden van deze foo is de ingang naar het Jeroens gesticht.
Rechts op de achtergrond kijkt men in de Scheveningsestraat, toen nog niet volgebouwd.

Hoofdstraat met Exterslop

Het pand in het midden was voorheen de TV en elektriciteitwinkel van J. de Ruiter. Dit pand liep naar achteren door tot de A. van Rooyenstraat. Links het Exterslop, hier ging je vroeger door als je naar school ging naar de Huis ter Duinstraat.

Uiterst links het pand van slagerij G. van der Berg met de winkel aan de Hoofdstraat kant, ook dit pand liep helemaal door tot aan de A. van Rooyenstraat en was voor de schoolkinderen een “kijkfeest” als er varkens en/of koeien geslacht werden. dit gebeurde met name op zaterdag. Ook waren er in het slop mooie vitrines met huishoudelijk apparatuur van de winkel van de Ruiter. Rechts is nog een stukje winkel te zien van de fam. Verloop.

Hier ziet u een foto van J. Verrijk van de varkensbos brug over het Schie. De foto is genomen in de vroege ochtend, de nevel hangt nog boven het water. De brug heet Thomasbrug, maar werd ook wel de brug van Ruigrok genoemd omdat Ruigrok hier land bezat. Het laantje na de brug werd vaak het Varkensbos Laantje genoemd maar officieel is de naam Nachtegaalslaan.

De brug gaat over het Schie, dit was vroeger een beruchte “Stinksloot”. Hier kwam het ongezuiverde rioolwater van Noordwijk op uit en de toenmalige bushalte van de NZH werd ook wel “Parfumfabriek Noordwijk” genoemd. Tegenwoordig is het water weer schoon, je kan er weer vissen. De brug op de foto is eind 2020 tot mei 2021 geheel vernieuwd, licht er weer mooi bij.
Vanaf het Schie vertrok jaren lang de rondvaartboot van rederij van der Hulst, deze boten konden maar net aan onder de brug door varen. Links van de brug, niet zichtbaar op de foto het dierenasiel Offem en dar naast de sportvelden van voetbal vereniging SJC.

Hier ziet u het kruispunt Wilhelminastraat/Molenstraat met aan de overkant de sigarenzaak van Jac. Vink.
Dit pand is in de plaats gekomen van de molen “De Eendracht”. Deze molen is in 1922 afgebroken.
Helemaal rechts op de voorgrond is nog net een stukje van het pand van de COOP, later De Lange expert te zien. Thans is hier een (Poolse) delicatessenzaak gevestigd.

Arie Duijndam woonde in de Gasthuissteeg nr 1 en zijn bijnaam was de Kizze. Hij was zeeman  op de de groothandelsvaart.
Hij was de zoon van Jan Duijndam en Marijtje van Duin.
Arie was getrouwd met Joanna van der Niet (grote Jopie), eerder weduwe van Dirk Hoek.
Dirk Hoek was eerder in 1882 overboord geslagen van de Bomschuit “De Jonge Cornelis” en is verdronken in de Noordzee.
Arie Duijndam heeft als weduwnaar jaren bij zijn dochter Marij ingewoond en leefde van 1858 – 1935. Hij was ook als roeier van de roeireddingboot betrokken bij de ramp van de zeillogger KW 47 op 26 november 1919.
Hiervoor is hij persoonlijk door koningin Wilhelmina onderscheiden, hiernaast ontving hij hiervoor ook een medaille van de K.N.Z.H.R.M.
Volgens overlevering was hij een bijzonder mens en kon mooie verhalen vertellen over de landen waar hij op de grote vaart geweest was.

Pickéstraat circa 1970

Hier zien we het huis en de bollenschuur van de familie C.P. Alkemade.
Rechts , net niet zichtbaar op deze foto, was de Northgo houtfabriek van Alkemade.
Vanaf dit punt keek je naar de duinen en schuin aan de overkant lag de boerderij van Jan Janson, met op de gevel de spreuk “Bedenk ’t End”
In de volksmond werd dit gedeelte van de Pickéstraat daarom ook “Bedenk ’t End’ genoemd.
De landerijen van dit bollenbedrijf waren tegen Katwijk aan gelegen, waar tegenwoordig de wijk Hoornes is.
Boven het woonhuis is nog een gedeelte van een dak te zien, dit was de garage van Roy Karsten.
Alles is in de loop der jaren gesloopt en er zijn nu nieuwe huizen gebouwd.

Het ‘Stille Zuien” anno ca. 1895

Wanneer men vanaf Noordwijk Binnen de huidige Abraham van Rooyenstraat inging kwam je vroeger langs “t stille zuien”. Deze straat is pas later de Abr. van Rooyenstraat gaan heten.
Op de voorgrond ziet men de duinen waar vanaf de foto genomen is.
Men ziet de typische visserswoninkjes met de hoge schoorstenen.
Hier vandaan kon men via de Bloeddam en het slop van Verloop naar de Hoofdstraat. Het slop van Verloop werd ook wel de Kabeljouwsteeg genoemd.
De rokerijen van de firma Admiraal waren toen nog niet aanwezig.
Ook de Maarten Kruitstraat is later aangelegd.

Links boven is de houten schuur van Huis ter Duin te zien. Deze schuur werd gebruikt als opslag van strandspullen.

De grote schuur rechts is de plaats waar later smederij de Bes werd gevestigd.
Op deze foto is nog niet te zien dat vóór de huisjes nog een grote schuur gebouwd is voor de opslag van de Bomschuiten.  
Op het duin op de voorgrond is later de Hervormde school gebouwd, gevolgd door de bouw van een gymzaal
Vrijwel alles is in de loop der tijd gesloopt en hier voor in de plaats kwamen nieuwe huizen en een parkeerterrein.

De eerste meldingen van dit pand dateren uit 1575. Verder wordt vermeld dat in 1614 hier Jonkheer Andries van Thiemen woonde. Deze was Baljuw van Noordwijkerhout en omliggende dorpen. In 1639 wordt het pand gedurende 12 jaar verhuurd aan Jonkheer Willem van Oudshoorn, Baljuw in Den Haag. Hij was echter remonstrants en is daarom later uit zijn functie ontheven.
In 1722 is het pand verkocht aan Elie Luzac, deze begon hier een franse kostschool. Jozef de Veer wordt in 1733 eigenaar van de kostschool en betaalde daar Fl 10000,- voor.
Het pand wordt in 1849 verkocht aan Wigbold van der Does, graaf van Limburg Stirum etc.
Daarna wordt het college van toezicht de eigenaar en wordt hier het kantongerecht en een gevangenis gevestigd.
In 1878 wordt het verkocht voor Fl 2500,- aan het Post en Telegraaf bedrijf en wordt hier het postkantoor gevestigd. Deze functie houdt het pand tot 1989, waarna het verkocht wordt aan Gerard Duindam, horeca ondernemer. In 1990 wordt het pand gesplitst. Benedenwas er een huisartsen praktijk van Dr. Immerzeel.
Hierna is het pand verhuurd aan diverse kunstenaars die er hun atelier hadden. Tegenwoordig zijn er van het pand diverse appartementen gemaakt voor normale bewoning.

Hotel Hoek op de Koningin Wilhelmina Boulevard.

Dit hotel is gebouwd op de laats waar hiervóór de Vuurbaak was gelegen. Hugo Hoek stichtte in 1908 zijn pensionbedrijf en het is na diverse verbouwingen een mooi hotel geworden, met hiernaast twee villa’s nl. Welgelegen en Benvenuta.


Het hotel werd later overgenomen door zijn zoon Hugo, die het beheerde tot ongeveer 1963 waarna hij het verkocht aan de familie Wijntjes.


In de wintermaanden was het hotel gesloten en werden er diverse onderhouds werkzaamheden verricht. De heer Hoek woonde de laatste jaren in Villa Weltevreden, vlak achter het hotel.

Hier was ook een garage met daarboven diverse kamers voor het personeel. Dit personeel kwam uit diverse plaatsen in Nederland waardoor een slaapplaats nodig was.


De twee villa’s Welgelegen en Benvenuta werden ook verhuurd, vaak aan wat meer welgestelde burgers. Hotel Hoek was een echt familiehotel waar de gasten vaak weer opnieuw terugkeerden. Ook had het hotel eigen strandstoelen en een eigen badman, Gijs van Rooyen. Deze badman was in vaste dienst en deed in de wintermaanden het onderhoud.
De heer Hoek was een zeer sociaal mens en zijn grote hobby was het muziekkorps “Echo der Duinen”.
Ook hotel Hoek is in de 70er jaren gevallen tijdens de grote sloopwoede op de Wilhelmina Boulevard.

De Schelpenmaalderij van Fa. R.J. de Groot

Deze schelpenmaalderij lag aan het begin van de Voorstraat nabij de Westeinder brug.
Heden is een zijstraat van de Voorstraat het “Gritpad” en dit pad dankt zijn naam aan de loop over het voormalige terrein van de Grit Maalderij van R.J. de Groot (schelpenmaalderij).
Dit grit werd gebruikt voor metselkalk en kippenvoer.
De Groot was tot 1922 molenaar van de molen “De Eendragt”, deze lag op de hoek van de Wilhelminastraat en de Molenstraat. Omdat deze molen in 1922 afgebroken werd verhuisde het bedrijf van de Groot naar de Voorstraat. Het bedrijf had zijn schelpenopslag op de Beeklaan en deze schelpen werden met een vrachtauto naar het bedrijf aan de Voorstraat vervoerd.
Het Gritpad heette van 1961 tot 1981 Gritweg. In 1981 werd het als ontsluitingsweg van de daar te bouwen woningen en een bedrijf, verlengd in noordoostelijke richting en kreeg het zijn huidige naam. Ook heeft de Noordwijkse Woningstichting hier enige appartementen gebouwd.

De oude Werf

Deze maal een mooie foto van de schuur waar vroeger de bomschuiten gebouwd werden. Eigenaar van deze rederij was Cornelis van der Schalk.
In 1869 kocht de familie van Duyn de rederij en had deze in bezit tot 1900. Hierna begon de familie van Duyn een aannemingsbedrijf dat nu nog bestaat.

Achter de werf lag een duingebied waar vroeger een vuurbaken op stond.
Dit vuurbaken is later, omstreeks 1922 vervangen door de vuurtoren.
Op dit duingebied is daarna hotel Seinpost door de familie van Beelen gebouwd. De oude werf schuur werd ook overgenomen en werd voor diverse doeleinden gebruikt, zoals garage, judo club en pottenbakkerij.
Het woonhuis en de schuur is gesloopt om plaats te maken voor de Paralel Boulevard.

In het redershuis werd op 14 december 1813 de Hertog van
Brunswijk-Oels ontvangen. Deze was met twee Engelse fregatten geland voor de kust van Noordwijk. Doel was om kennis te maken met zijn bloedverwant, de latere Koning Willem I om vervolgens samen ten strijde te trekken tegen Napoleon.

Naast het dubbele woonhuis in de Schäfferstraat was ook nog een “Taanhuis” waar netten en touwwerk ter conservering werden gekookt in o.a. eikenschors. Ook dit pand heeft moeten plaats maken voor de bouw van de Paralel BoulevardDe oude Werf

Voorstraat

Deze opname van de Voorstraat is van omstreeks 1905, de waterpomp bevond zich nog in het midden van de straat en is later tot achter de tramrails verplaatst.
De tram stopte bij de Grote Jeroenskerk die rechts achter de bomen ligt.
Het was toen nog een stoomtram en was uitgerust met een wagon en een vrachtwagon.
De tram reed dagelijks tussen Noordwijk en Leiden en was een belangrijke verbinding voor passagiers en lading.
Achter de tram zien we het dak van het tramhuisje van de stoomtram. Hier woonde in die tijd de “dienstman” Co de Vijver.

Op de achtergrond zien we de prachtige Lindebomen die ook nu nog het straatbeeld sieren.

Wilhelminastraat omstreeks 1900

Hier kijken we in westelijke richting de Wilhelminastraat in, deze straat heette tot 1902 de Krochtweg.

Rechts zien we de bruggetjes over de Krochtwetering.
Deze wetering was een hoofdverbinding met het Schie en als gevolg van rioollozingen rook deze zeer slecht.
De Krochtwetering is in verschillende etappes overkluisd en deze overkluizing was in 1914 geheel voltooid.
Je zou het niet vermoeden, maar onder de Wilhelminastraat ligt dus een riool, zo groot dat je er in zou kunnen fietsen.
Tegenwoordig wordt het rioolwater via een persleiding direct naar de rioolwater zuivering aan de Achterweg getransporteerd.
Links op de achtergrond zien we de molen “De Eendracht” van de familie de Groot op de hoek van de Molenstraat en de Wilhelminastraat. Dit was een grit molen waar kippengrit en kalk voor metselspecie werd vervaardigd.

De molen is in 1922 afgebroken, waardoor er weer een stukje oude glorie verdween.